Het paard van Jan Ketelaars

Deze maand werpen we een blik in het brievenboek van de gemeente Goirle (aanwezig in het Regionaal Archief Tiburg). We schrijven januari 1814 en worden geconfronteerd met het kleinere leed in de nasleep van grote historische gebeurtenissen: het paard van Jan Ketelaars en de daarop volgende ambtelijke onenigheid tussen Goirle en Hilvarenbeek.

Achtergronden

Half oktober 1813 vindt bij Leipzig de volkerenslag plaats. De coalitielegers van Rusland, Zweden, Pruisen en Oostenrijk brengen Napoleon een fatale nederlaag toe. Napoleon trekt zich terug in de richting van de Rijn en wordt achterna gezeten door de geallieerden die hun kansen schoon zien. Vijf maanden later, op 31 maart 1814 veroveren ze Parijs. Enkele maanden eerder zijn er Russische troepen in Goirle gelegerd. De commandant vordert paarden om het militaire bedrijf op gang te houden. Maar paarden zijn er niet veel in Goirle (in 1811 waren er 36). Burgemeester Voskens haalt er daarom vier bij Beekse bewoners, onder wie Jan Ketelaars. Lees zelf wat er verder gebeurde.

Goirle den 15 january 1814

De Maire van Goirle

aan

Den Heere Maire van Hilvarenbeek

Mijn Heer!

In antwoord op uwen Brief van den 12 dezer, aangaande het Paard van Jan Ketelaars, is deze dienende, om UWEd: te informeren, dat het niet is op mijne Requisitie (zoo als UwEd: verkiest te Schrijven) maar op mondelinge order van den Commanderende officier der Russische troepen alstoen in mijne Gemeente Gestationneerd zijnde Dat ik vier paarden etc: bij u heb gerequireerd, om een Parc te hebben ten Dienste der Geallieerde troepen. En zulks wel uit hoofde van het gering aantal Paarden alhier aanwezig zijnde. Dat, indien het waar is, Dat het paard van Ketelaars een Slag heeft bekomen hetwelk niet kan bewezen worden (luidende ons Certificaat, dat het Paard Denkelijk een Slag heeft bekomen enz) zulks niet aan ons kan geweten worden, maar de pligt van den voerman is, om voor zijn Paard te zorgen.

Derhalve daar het Paard ten dienste van het Land is Gerequireerd, is het niet de Gemeente Goirle, maar Hilvarenbeek of het Land, die den Eigenaars Schadeloos moeten stellen.

Eindelijk Mijn Heer de Maire! Daar UWEd: Schrijft het voor mijne eige rekening te laten staan neme ik de vrijheid van te zeggen Dat ik mij uit hoofde van aangehaalde redenen er volstrekt niet mede bemoeije, maar voor uwe of des Eigenaars Rekening laat staan. Ik neem tevens deze gelegenheid waar om UWEd: van mijne ware hoogachting te verzekeren Mijn Heer!

Uwen DV Dienaar H:Voskens

Terug naar boven